Op de kunst- en antiekbeurs PAN in Amsterdam werden in november twee objecten te koop aangeboden die een connectie hebben met de Olveh (een rechtsvoorganger van Aegon): een tinnen reclamebord en een gipsen beeld van een pelikaan.

Onderling overleg tussen Group Archives en Art Affairs resulteerde in een voorstel én de goedkeuring voor de aankoop van het reclamebord. De pelikaan moesten we laten staan. Veel te duur. Over beide valt wel wat te vertellen.

Olveh-reclamebord

Op het reclamebord (uit ca. 1934) staat het hoofdkantoor van de Olveh aan de Kortenaerkade in Den Haag. Het ontwerp van deze reclame is van Vilmar Huszár. Deze Hongaarse kunstenaar leefde en werkte in Nederland en maakte onderdeel uit van de kunststroming ‘De Stijl’. De Vereenigde Blikfabrieken (Verblifa) drukte de tekening van Huszár af op een tinnen plaat in opdracht van de Olveh.
Het Olveh-hoofdkantoor was een ontwerp uit 1931 van architect Jan Wils. Ook hij was verbonden aan ‘De Stijl’ en bekend geworden door het Olympisch Stadion in Amsterdam (1928). Meer nog dan in het Olympisch Stadion kon Wils bij het kantoor van de Olveh een harmonische sculpturale compositie ontwikkelen, die in zekere zin doet denken aan het raadhuis van Hilversum dat in de jaren twintig door architect Willem M. Dudok was ontworpen. Wils en Dudok kenden elkaar goed en waren bevriend. In het Olveh gebouw moesten verschillende bouwvolumen door in- en uitspringen een bondige maar niettemin boeiende, door beweging veranderende beeldwerking hebben. De Olveh-directie zag in het nieuwe gebouw een goede reclame, wat ook blijkt uit het feit dat het geld van de post reclame werd overgeheveld naar de post van de bouw.
Dertig jaar later bleek het gebouw alweer te klein. De mogelijkheden om uit te breiden waren beperkt en verbouwingstekeningen van Wils werden door de toenmalige Olveh-directie afgekeurd. Men besloot in 1966 tot nieuwbouw en later ook tot sloop van het oude kantoor, tot woede van de architect.

De pelikaan

Bij de ingang van het kantoor sierde een pelikaan de hoeksteen en verbeeldden zes beeldreliëfs hoofdepisoden uit het menselijk leven. Terzijde van de reliëfs stonden Vondels regels: ‘Zorg vooraf zoolang de dag duurt. Des nachts verdubbelen en verslimmen de zorgen, d’avond verlengt de zwarte schimmen’. De kunstenaar was Dudoks meest opvallende medewerker: Hendrik van den Eijnde (1869-1939). Voor het uithouwen van de pelikaan uit tufsteen diende een gipsen model als voorbeeld. Het stenen beeld en de reliëfs staan sinds 1979 in de openbare ruimte in Heemstede. Het gipsen pelikaanmodel werd enkele jaren geleden aangekocht door een kunsthandelaar bij de familie Van den Eijde.

De pelikaan staat symbool voor zelfopoffering en naastenliefde. Volgens oud volksgeloof pikt een moederpelikaan een wond op de borst om haar jongen te voeden met haar eigen bloed. Hier en daar gaat het volksgeloof nog verder. Pelikanen zouden hun jongen doden en na drie dagen met hun bloed weer tot leven wekken. De pelikaan als christelijk symbool. In werkelijkheid vertonen moederpelikanen tijdens de broedtijd (en kort daarna) een rode plek op de borst. Daarnaast bewaren pelikanen een gedeelte van hun voedsel in die enorme zak onder hun snavel. Dat voedsel verteert daar al enigszins voordat ze het aan hun jongen geven, is rood van kleur en dus ligt ook hier de associatie met bloed voor de hand.

Penningen en beelden

Bij de openingen van de hoofdkantoren op 23 juli 1932 en 16 december 1968 kregen de medewerkers een kleine penning uitgereikt met de datum en de pelikaan erop. Prins Bernard onthulde ter gelegenheid van de opening in 1968 een bronzen beeld van drie pelikanen en kreeg drie speelgoedpelikanen in een kooitje mee naar huis, voor de kleinkinderen.
In Leeuwarden kunt u aan de Eewal 59 twee pelikanen zien op het dak van een voormalig kantoor van de Algemeene Friesche en bij het Aegonkantoor aan de Snekerkade zit een pelikaan op een bankje. Op het Aegonplein in Den Haag staat nu het beeld met de drie pelikanen.

De laatste keer dat er een echte pelikaan is gespot in Den Haag dateert uit 2010. Maar dat was er één van de drie die ontsnapt waren uit de Beekse Bergen. Pelikanen leven in Nederland alleen in dierentuinen.

Pierre Don
Bedrijfsarchivaris Aegon N.V.

Bronnen:
‘Jan Wils. De Stijl en verder’ van Herman van Bergeijk, uitgeverij 010 (2007). P. 90-92.
‘H.A. van den Eijnde. 1869-1939’ van Ype Koopmans, Drents Museum (1994). P.132-133.
Olveh/AGO-archief en internet.